maandag 25 september 2017

Luther in het Catharijne

Het was oorspronkelijk een aartsbisschoppelijk museum, stevig katholiek dus, maar het Museum Catharijneconvent is nu een algemeen museum voor christelijke kunst in Nederland. De tijden van Guus van den Hout zijn voorbij: tussen ongeveer 2000-2010 maakte hij er een algemeen religieus museum van, waarbij religie ook nog stevig werd opgerekt. Hoogtepunt daarin was de tentoonstelling over de lingga, de penis dus. Maar helemaal terug bij af is het museum niet: met veel respect en liefde wordt een tentoonstelling aan 500 jaar reformatie van Luther gewijd.
Er zijn veel van de oudste publikaties bijeen gebracht, waaronder aardig wat van de bibliotheek van het Catharijne zelf. Wat nu de social media zijn, was toen de juist populair geworden boekdrukkunst: zonder dat was het niets geworden en door de dunne en dikke boeken liep het als een tein niet meer te stoppen.
Typisch vond ik ook de nadruk op afbeeldingen: Luther was al snel niet tevreden met de enige drukker in Wittenberg en haalde een drukker uit Leipzig die wel goed met afbeeldingen om kon gaan. Het moest er ook wel goed uitzien, die pamfletten tegen de aflaathandel en de boetepsalmen en andere geschriften. In de donkere lange gang lag het vol met mooie werkjes.
De geschiedenis van die eerste decennia van de reformatie komt dan in korte taferelen aan de kant. De economische strijd is er maar terloops. De boerenoorlog van 1525 toen de arme boeren vonden dat vrijheid van een christen ook opstand tegen de landheren kon zijn, komt niet duidelijk naar voren. Over de verkoop van aflaten horen we wel dat de keizer het niet leuk vond dat er veel geld naar tegenstander paus in Rome ging, maar het geld domineert niet.
In de beschrijvingen sluipen wat foutjes binnen. Erasmus vertaalde natuurlijk uit het Grieks en niet naar het Grieks toe. Hij was wel de eerste die zorgde dat de Griekse grondtekst in een goede en verantwoorde druk beschikbaar kwam, maar verdedigde juist het vertalen naar de gelovigen toe. Immers, de apostelen hadden de Aramees sprekende Jezus toch ook al naar het Grieks vertaald.
Evenverderop stond een kaart met de verspreiding van Luteharanisme, Calvinisme en Anglikanisme over Europa. Kritische bezoekers merkten meteen op dat de islam in het Ottomaanse rijk goed was ingetekend, maar dat verder Rusland, Servië en griekenland nog onder de Rooms-Katholieken waren gerekend, terwijl die grote splitsing  toch al 450 jaar voor die van Lujther kwam, 1054.
Er was een mooi paneel met cartoons, ook uit die tijd, waarin de katholieke kerk stevig werd vekritiseerd. Voor een museum natuurlijk de taak om de beeldcultuur te benadrukken. Zou dat ook een reden zijn waarom musea zo in trek zijn?


En wat kwam er van terecht? Kale sobere kerken, een ingetogener christendom met meer kansen voor de gewone leken. Maar het blijft een fase in een proces, zij het een waardoor Nederland ook spleet in twee grote groepen, zodat ieder dorp wel een protestante naast een katholieke kerk heeft. En die moeten allebei tegenwoordig weer stevig werken om relevant en bij de tijd te blijven.
Mooi was het dus om te zien hoe juist een debat over een kleine kwestie, de aflaat, zoiets in beweging heeft gezet. Juist die concrete kwesties zijn vaak de toegang tot de grotere vragen. Zo is het punt van de hoofddoek juist vaak een heftiger punt van debat dan de ´grote´ theologische verschillen tussen christenen en moslims nu.