zaterdag 2 januari 2016

De wortels van Wim Eijk

24 december 2015, daags voor kerstmis, stond er een interview metr Wim Eijk in de Volkskrant. Een slecht interview, want Eijk kreeg geen weerwoord. Dat is ook niet makkelijk, want hij heeft één antwoord voor alles: er is nu eenmaal een depositum fidei en dat moet hij bewaken. Depositum dat klnkt als 'neergelegd, bezinksel'. Enkele voorbeelden zijn de kinderbiecht en de aanbidding van 'het allerheiligste', de geconsacreerde hostie dus. Verder praat Eijk graag in algemeenheden. Er komen termen naar voren als 'onveranderlijk in de leer .. waarheden die gelden voor alle eeuwen.'
Ik herinner me nog dat ik geschiedenis van de dogmatiek studeerde bij Wim Munier, die helder uiteenzette dat er niet iets is als een onveranderlijke kern van het geloof en daaromheen enkele uitvoeringspunten die kunnen veranderen. Nee, van Godsopvatting tot hoe een mens moet leven zijn er steeds veranderingen geweest in de (christelijke/katholieke) religie. 
De voorbeelden die Eijk noem zijn wel heel heldere voorbeelden ervan. Pas in de 13e eeuw is 'het verlangen de hostie te zien' belangrijk geworden. Kinderbiecht is net als biecht in het algemeen een wisselende praktijk geweest. En dan de seksuele ethiek: de aartsvaders trouwden nog met meerdere echtgenotes. Dus dat wisselt ook steeds.
Een oud en mooi lied van Huub Oosterhuis heeft deze strofe:

De bomen hebben wortels
de bomen mogen stevig staan
maar mensen moeten verder gaan.
de bomen hebben wortels
maar mensen gaan voorbij.