zondag 27 december 2015

De grote en kleine woorden van kerstmis 2015

Over de Paasdatum is in de geschiedenis van het christendom veel te doen geweest. De details heb ik nooit goed bestudeerd, maar er zijn schisma's over geweest (o.a. in Ierland) en de orthodoxe kerken hebben nog altijd een andere datum.
Ook over Kerst is heibel geweest. De eerste vermelding gaat al over een viering in Alexandrië waarvan Clemens schrijft dat sommigen zo absurd zijn precies de datum en het jaar van Jezus'geboorte te weten (ergens in mei). Een romeinse kalender schrijft in 354 dat 25 december de Natalis Invicti is, dus de geboortedag van Sol Invictus, de onoverwinnelijke Zonnegod of Christus. Het feest is dus geharmoniseerd met/gepikt van de laat-Romeinse monotheïstische erkenning van een enige godheid. In Constantinopel moet het al rond 330 erkend zijn, maar in een innige relaties met het epifanie-feest, waarom het in Rusland en griekenland (en Egypte?) nog altijd op 6 januari staat. Ook Augustinus plaatst 25 December als een minder feest op de lijst van de eerste verschijningen, waarbij Epifanie, de openbaring aan de drie wijzen, belangrijker was. Terugkeer naar het ´originele kerstfeest´ als een 'zuivering van Kerstmis' is dus a-historisch, zoals iedere fundamentalisme or reformatie in feite een vernieuwing is.
 Overigens was dit jaar de viering van de geboortedag van Mohammed juist één dag eerder: 24 december. Ook niet zonder problemen. Het feest is in de 10e eeuw in het Fatimidenrijk van Egypte ingevoerd.  In het Wahhabitische Saudi-Arabië is het zwaar verboden om het feest te vieren. En dit jaar heb ik voor het eerst ook een stevige discussie in Indonesië opgemerkt of het wel is toegestaan om de geboorte van Mohammed te vieren. Maar (zie hierboven) in Madiun werd het met een grootse processie met voedseloffers gevierd, in nabootsing bij de Grebeg die wij meermalen in Yogyakarta hebben meegevierd.

 In Utrecht hebben we het voor het eerst sinds jaren gevierd met de aloude Kerst-Wajang (uit 1984-5!) waarvoor ik met heb verkleed als Ki Karel Wulung en het verhaal heb verteld met de oude wajang-poppen. Geen volledige collectie maar leuk en volledig genoeg om het in een mooie sfeer te vertellen.
Maud en Diemer dansen en bewonderen  hier de kerstkribbe in de stal op het scherm waarop de lichtplek wat al te klein was. Dat moet volgen jaar groter en beter worden. Hieronder nog een aparte foto van de dalang.
 Ik zong met het Janskoor in de nachtdienst en nog in de morgenviering. De grote woorden waren er van dominee Harry Pals in de nacht: Kerst betekent de wereld omgedraaid, het kleine kind in een achterstandshuis, nee, minder nog, is de kracht die de wereld omdraait/zal draaien.
Pastor Marieke Milders ging meer van een modern kerstgevoel uit: een feest van gezelligheid, kleine gevoelens, maar zeker altijd van hoop. Dat wensen wij allen ook toe.

2015-2016



In deze tijd van elektronische hoogstandjes die wij maar nauwelijks kunnen bijhouden (en het ook nogal eens laten afweten), nu dus ook een eindejaarsgroet via email!
Paule en ik, Karel, hebben wel eens last van wat een goede vriend noemt PHPD, Pijntje hier, pijntje daar, maar mogen ons in het algemeen verheugen op een goede gezondheid. Vooral in Karels grote familie is dat wel wat anders met een oudere groep waar de een na de ander geen auto meer mag rijden, waar berg- en wandel­vakanties nu worden nu worden vervangen door rustige bootcruises in eigen land.
Wij volgen met spanning de ontwikkelingen in het werk van onze kinderen. ‘Het gaat alleen zo snel, die technische vernieuwing!’ verzuchtte Floris laatst. Zo zelfs dat nieuwe apparaten op de markt komen voordat ze volledig uitgetest zijn en waar de consument het maar moet zien bij te houden. Diemer en Mette komen bijna alle vrijdagen en zijn dus helemaal ‘thuis’. En om deze fotoserie maar met de volgende generatie te beginnen, hieronder eerst Floris en dan Stijn met de zijnen.



Onze vier kleinkinderen, Sophie en Maud in Den Haag (Stijn en Inge), en Diemer en Mette in Amsterdam zien we vaak en zij houden ons jong: we vragen ons dan wel af hoe wij dat vroeger ooit toch hebben kunnen doen, dat wij naar Jakarta gingen toen Floris en Stijn 6 en 4 waren, de leeftijd van de Sophie en Maud nu. Die twee komen nu vooral in de schoolvakanties enkele dagen naar Utrecht.

Voor Karel  was 2015 het ‘jaar van de drie boeken’. Bij KITLV/Brill in Leiden verscheen het derde deel over de ontwikkeling van de katholieke kerk in Indonesië. In totaal zijn dat nu bijna 2000 bladzijden. Catholics in Independent Indonesia, 1945-2010. Na een islamitische periode van 1970-1995, waren dat dus bijna twintig ‘katholieke jaren’. Dit laatste deel is vreselijk duur (€ 192), maar wordt toch al aardig geciteerd. Het tweede boek was het boek over Fethullah Gülen (redactie, samen met Gürkan Çelik en Johan Leman). Tenslotte kwam de Indonesische vertaling uit van het boek over de Jezusver­zen in de Koran. De boeken worden net als de academische reizen (drie: in September eerst naar Mana­do, dan naar Birmingham, in december naar Singapore): http://relindonesia.blogspot.nl geeft hiervan meer informatie.
We maakten samen veel ‘wekelijkse wandelingen’ van zo’n 10 km en zagen dus heel wat van het Nederlandse platteland. In september waren wij nog een kleine week in Luxemburg, ook aan de Belgische kant ervan. De verslagen daarvan staan weer elders op deze blog. Hieronder nog een selfie uit Luxemburg (maar het had overal bij regen kunnen zijn).

Er waren veel gasten, lezingen, boeken die we lazen. Een aantal hiervan kregen ook een verwerking op de weblog, een soort publiek dagboek. Karel zong geen Bachcantates, vooral omdat er in de weekenden te vaak afspraken waren. Een van de plannen voor komend jaar is juist het zingen van dat werk in de Geertekerk. Maar hij zong wel in het Janskoor en naast de diensten in de Janskerk gingen we ook nog wel naar de Dominicus en de De Nieuwe Liefde in Amsterdam: ijveriger kerkgangers dan jaren geleden. We ergeren ons minder en pikken het mooie eruit. In de krant stond de vraag van een nieuwe film: Zou de wereld beter af zijn zonder Islam? Of zonder religie? Natuurlijk is er ook wel heel veel kunst, literatuur, dat daar dicht tegenaan zit en voor ons een mooie combinatie vormt.
We zitten in de levensfase dat oude vrienden overleden: Koos Waardenburg, onze buurman Wim Aantjes, Wasim Bilal en Simuh, dierbare en inspirerende vrienden uit Indonesië.
Wij wensen iedereen, de hele wereld dus een mooi 2016, Paule en Karel Steenbrink-Maas

vrijdag 18 december 2015

Een Vijfde Evangelist ...

Anton Wessels heeft ooit gesuggereerd dat de Koran naast de vier evangeliën in de canon van de christelijke geschriften had kunnen worden opgenomen, als er niet zo'n grote tijdsafstand met de vier evangelies was geweest.
Misschien wat overdreven. Maar als idee wel aardig.
In mijn boekenkast staat een vertaling van Flavius Josephus, Antiquitates Judaicae (geschreven in het Grieks, maar bekend onder de Latijnse titel), vertaald door F.J.A.M. Meijer en M.A. Wes. Dat blijken Fik Meijer en Marinus Wes te zijn. Nu heeft deze Josephus-kenner een boek over/vanuit Josephus geschreven, gericht op Jezus. De evangelist is hier dus Josephus. Het eerste deel geeft de omgeving van Jezus' optreden weer vanuit de feiten die Josephus daarover weergeeft. Jezus-in-context dus. Het duizelt je aan opstanden, terreurdaden, moorden, maar wel wordt duidelijk dat de Joden al heel lang voor Jezus onderling verdeeld waren: voor een participatie in de hellenistische cultuur ofwel voor een isolatie en versterking van de eigen tradities en religie. Een favoriet boek voor hem is dat van J.P. Meijer, A Marginal Jew. Rethinking the Historical Jesus. Dat besef je op iedere bladzijde van dat eerste deel: hoeveel bewegingen er geweest zijn en hoe die vaak verschilden, zonder samenhang vaak en dan die van Jezus daartussen en die heeft het tot de grootste wereldreligie gemaakt! Ik heb dat eerste deel met grote belangstelling gelezen, zeer vlot geschreven, toegankelijk, niet te omslachtig.
Het tweede deel (151-313) geeft dan een reconstructie van een Leven van Jezus, vanuit de belevenis van Josephus (geb. in 37 dus enkele jaren na de dood van Jezus). Josephus schreef maar een tiental regels over Jezus en zelfs die zijn nog omstreden. Dus hoe? Vanaf de geboorteverhalen worden bij alle fasen van het leven beschreven naar parallel verhalen in de Grieks-Romeinse wereld en (zij het veel minder) het Jodendom. Daar had ik vaak problemen mee. In de moderne exegese wordt het geboorteverhaal (eigenlijk de twee: Lukas helemaal anders dan Matteüs) gezien als een literair motief, maar hier krijgen we vooral vergelijkbare zaken uit de hellenistische wereld. Wel een verwijzing naar Abraham's vrouw Sara die moeite had zwanger te worden, niet naar Samuëls geboorte (alhoewel Anna te drieën toch daarvandaan komt). Bij de wonderverhalen hetzelfde: een aardig aantal wonderen uit de antieke wereld, die duidelijk maken dat de tijdgenoten van de evangelisten minder moeite hadden met dat soort vertellingen dan onze moderne tijdgenoten, maar wat doe je daar mee?
Ik had ooit een Indonesische student die een master thesis over Rudolf Bultmann en Entmythologisierung wilde schrijven. Hij snapte het probleem van Bultmann niet: die wonderen zijn er toch gewoon? Het blijft wel een fascinerend boek. Jona Lendering schreef er een venijnig commentaar op op de website historiek.net. Het blijft vooral in het eerste deel een zeer toegankelijk boek, maar dat Josephus een vijfde evangelist zou zijn geweest?  Dat is echt overdreven en buiten alle proporties. Inhoudelijk wordt er maar weinig gezegd. Het Koninkrijk Gods zou de kern van de boodschap van Jezus zijn geweest, maar dat wordt door Josephus zelf ghelemaal niet en door Meijer ook weinig uitgewerkt. Nee, dan vind ik die eer voor de Koran beter op zijn plaats.

donderdag 10 december 2015

De stagnerende zoekmachine van Arthur van Amerongen

Naar aanleiding van de gewelddadige aanvallen van jihadisten in Parijs, vooral bij het Bataclan theater, las ik Arthur van Amerongen Brussel: Eurabia uit 2008 van Arthur van Amerongen. Hij woonde een tijd in de Brusselse wijk Molenbeek waar meerdere van de planners woonden.
Het boek begint in 1959 in Ede, waar Van Amerongen in een stevig Reformatorisch nest is geboren. Via drank, drugs en Amsterdam ontkomt hij (deels) daaraan, studeert semitische talen. Komisch is de beschrijving van bekeerlingen tot het Jodendom, die Ivriet studeren, maar Talmoed en klassiek Hebreeuws erbij moeten doen. "Angejiddeld"  is deze nadere uitbreiding van een sterke basis vanuit "Christenen voor Israel". In 1991 studeerde hij af op een scriptie over fundamentalisme in Algerije en ging werken als journalist in Beirout. Van romantische ideeën over islam komt dan niets meer terecht: ook de (Christen) Maronieten, maar ook de Hizbollah, het is allemaal geweld, drugs, machtslust. Een korte overgang naar Israel levert al eenzelfde beeld op: Tsionoet of het Zionisme wordt gezien als een misbruik van de Holocaust, verwording tot keihard kapitalisme. Het experiment van de Kibboetz is mislukt, optreden tegen de intifada en het Libanon-echec leveren ook al geen echte sympathie voor de Palestijnse zaak op, want Hamas biedt ook al geen perspectief. Dan wordt een goede vriend tijdens een te roekeloze tocht door de woestijn van Algerije naar Mali neergeschoten. Toppunt van verblijf in foute landen werd dan nog de paar weken kort na 9/11 in Pakistan: tussen de Taliban en de al even onmenselijke Noordelijke Alliantie. De ordinaire roofmoord op een Zweedse cameraman betekent het einde: in zulke landen heeft hij niets meer te zoeken.
Dan komt een tweede deel: in Brussel. Hij wil een verhaal schrijven over een Belgische bekeerlinge Muriel Degauque, geboren in 1967, die na een leven van drugs rond 1995 met een gematigde moslim trouwt. Zij zelf bekeert zich dan ook, trouwt enkele jaren later met een wat steviger moslim, met wie ze in 2003 naar Irak gaat en op 9 november 2005 als enige omkomt bij een zelfmoordaanslag in Baghdad.
Van Amerongen woont een tijdje in Brussel, schrijft zich in voor een cursus 'bekeerling' in de moskee van het Jubelpark, maar komt daar niet Omar Van den Broeck tegen als docent,maar allerlei maffe types. Van den Broeck maakt hij toch een keer mee bij een lezing van de Vrije Universiteit (135-137).
Hij herlas Naipaul's Among the believers dat hij vroeger veel te negatief had gevonden, maar vond het nu een visionair boek. Het christendom van zijn moeder was het niet, jodendom al helemaal niet, de islam bleek het toch ook niet te hebben voor hem.
Heeft hij alleen maar de foute types ontmoet en is er van de mooie momenten die hij ook gekend moet hebben niets blijven hangen? Toch een wat Reformatorische obsessie met sloa scripture, sola fides?