zondag 13 juli 2014

Dresden

Terwijl wij Leipzig (zie vorige blog) een levendige, 'burgerlijke' stad vonden, blijft het oude centrum van het protserige Dresden nog steeds koninklijke allure houden. We kwamen op zondagmorgen op tijd om een goede plek te krijgen op de balcons van de opera-kerk, Frauenkirche. Lijkt meer op de scala van Milaan dan op een omgebouwde Gothische kerk, zoals de Thomaskirche.
Het koor was klein: 2 tenoren, 5 bassen, net als wij in de Janskerk van Utrecht. De akoestiek was goed ondanks het formidabele formaat: van de koren uit de Elia van Mendelssohn konden wij zelfs die twee tenoren goed horen: de een veel sterker van de ander. Zo hoort het ook te zijn bij een life uitvoering: dat je het kunt onderscheiden.
De preek was superslap: over de arbeider die zijn loon waard is, zodat ook de kerk betaald moet worden. In de Thomaskirche viel ons al op dat er heel veel over de nodige financiën werd gesproken (toegang was maar €2,00 met €2,00 administratie) en hier dus ook: de Duitse kerk heeft behoefte aan steviger inkomen met teruglopen van de Kirchensteuer.

In Washington heet dit the Mall, zo is er ook een duidelijk koninklijk gebied, dat maar langzaam in de heropbouw gaat. Bij de Frauenkirche schreef iemand dat de architect angstig was voor de rechte lijn: alles moest eigenlijk in rondingen gebeuren (alleen de pilaren wel recht mohoog). Van het oude konklijke slot (nu museum) hebben wij behalve de buitenkant (stenen nog zwart, goud weer helemaal blinkend) alleen de buitenkant gezien. De opera hebben wij ook laten staan. We zijn even op de wandelboulevard, paleis-rond-tuin, het Zwinger gegaan. Daarna naar de katholieke kerk, die in dezelfde tijd gebwoud werd als de protestantse Frauenkirche. De keurvorst August de Sterke (st 1733) werd katholiek om koning van Polen te worden. Zijn vrouw bleef Lutherse: voor haar de Frauenkirche, voor hem de Hofkirche. Die laatste is sinds 1980 de kathedraal van het bisdom.



Helemaal bovenaan hier dus Edwien, Paule en Alice in de regen bij de afdaling van het Zwinger. In het midden de pracht van de buitenkant van de Hofkirche, maar toch nog zwart van de DDR-industrie. Onderaan een Piéta, Moeder Maria treurt om de dood van haar zoon. Hier staat het onderste stuk even niet op: een altaar met vlammen, dus de vreselijke vernietiging van Dresden door Amerikaans-Engelse bommen. Dat komt hier vaak voor in Dresden: dat de oorlog niet alleen de schuld van de Duitsers is, maar in het proces is er door anderen ook 'onnodige?' vernietiging gekomen.

Geen opmerkingen: