zaterdag 30 juni 2012

Portugal: een weekje kustplaatsen. 2 Fatima



Vrijdag 15 juni gingen we van Lissabon naar Fatima.
Eerste stoppplaats was SINTRA, het oudste koninklijk paleis in de buurt van Lissabon. Het is gebouwd zo'n 200 meter onder een Moors fort, dat ca 1127 werd (her)overd. Het Palacio de Pena is nog klein, middeleeuws, erg Marokkaans met de groen-rood,gele regels, veel binnenplaatsen, kleine tuinen. Alsmaar is er bijgebouwd. Opvallend zijn de twee erg grote keuken-toeters.
Er waren nogal wat toeristen in bussen en juist toen wij wilden vertrekken kwamen er zo'n 200 zware motoren aan, Frans, NL, Belgisch, Spaans, Harley Davidson clubs uit Europa. Grote drukte dus.
Ons tweede doel was de koninklijke begraafplaats/residentie, een enorm klooster in Mafra, gebouwd rond 1717-30 door een te rijke vorst (Brazilië was toen de grote bron van inkomsten aan het worden). Het was vooral een Franciscanenklooster, waar de vorst zelf bijna nooit woonde. 1200 kamers en onze reisgids vond het een Ceaucescu-achtig gebouw. In alles teveel. Het is nu voor een deel militiare academie, deels museum. De kerk ziet er uit als een wat kleinere Sint Pieter. De beelden zijn allemaal oversized, dus imponeerarchitectuur. Heel erg contra-reformatie, met nadruk op paus, eucharistische aanwezigheid (Sint Clara altijd met een monstrans in de hand), Carolus Borromeus.  Wij spraken er over die veel te grote Hassan II moskee in Casablanca, die ook nooit gebruikt wordt.
Derde reisdoel was het vestingstadje Obidio, gewoner en informeler dan Carcassone, maar wel in die stijl. Groter en levendiger. We kochten er voor 5 euro een mooie pop voor Sophie.
Vierde halte die dag was Alcobaca. Een koninklijke begraafplaats, verblijfplaats, eigenlijk een cistercienserklooster. Heel lange, smalle kerk, waar wel een 500-600 monikken in konden bidden en zingen. Er waren beelden en graven van vorsten tussen 1360-1500. Prominent voraan is dat van Pedro I die op het verkeerde meisje verliefd was geworden. Zijn vader liet die dochter van een vijandelijke hertog vermoorden, maar Pedro I bepaalde dat zij ook een graf kreeg, naast hem voor in het koor van deze kerk.



Overigens hebben we nog nooit ergens zoveel vis gegeten en zulke grote (ex-)kloosters gezien als in Portugal, want dit was ook weer erg groot. Afmetingen zoals die alleen in Cluny zichtbaar zijn.

In Fatima aangekomen bleek het lastig te zijn om bij het hotel te komen. De binnenring van het stadje was opgebroken, omdat het een tunnel moet worden om de gasten van de 10.000 hotelkamers en de 65 kloosters aldaar makkelijker toegang te geven. Na sluiting van kloosters in 1833 is Fatima (verschijningen op de 13e, Juni tot en met October 1917) de belangrijkste religieuze vernieuwing van Portugal. Rond het heiligdom van zo'n 800x300 meter zijn de voorzieningen gebouwd. Basiliek uit jaren 1950, nieuwste kerk voor zo'n 4000 in ellipsvorm, als tent, ondergrondse kapellen voor groepen van 50 tot 500. Genoeg om 3 dagen lang op de knieën naar bron en verschijningenboom te gaan, rozenkrans bidden, kaarsen op te steken, altijd ergens een misviering, kruisweg bidden, in de avond de lichtprocessie. Er zijn ook enkele priesterseminaries.
Bij de nieuwste kerk dachten wij de de Crystal Cathedral van Los Angeles die wij vorig jaar zagen.

Maar wij bleven er niet de hele dag: halverwege de volgende morgen gingen wij naar Tomar, een Tempeliersburcht. Na opheffen van die Ridderorde, werd door de koning een Orde van Christus opgericht, die alle Tempeliersbezittingen kreeg. Hendrik de Zeevaarder was er ook grootmeester van, zoals veel leden van de koninklijke familie. De Orde gaf het geld voor de expedities van de Zeevaarder, maar kreeg er ook veel voor terug. Van 1920-1994 was het grote complex in gebruik als missionair seminarie. De Manuelstijl zit hier vol met bizarre grappen en kunstjes. Om Dan Brown nog eens op af te sturen.  Hieronder iets als een boom van Jesse. In het stadje zelf hadden we een heerlijke lunch aan een romantisch water. We hebben er na wat vragen en zoeken de oude synagoge gevonden, waarin nu een joods museum is. Was in gebruik van 1430-1497 toen de Portugese koning trouwde met een prinses van het nog katholieker Aragon en in de huwelijksvoorwaarden stond dat joden en moslims uit Portugal verdreven zouden worden.


Hierboven de overdreven raamdecoratie in Tomar. Een soort levensboom, geplakt tegen een buitenvenster van de al even bijzondere kerk van het Tempeliersklooster met zijn kolossale baldakijn, intiemer dan dat van de Sint Pieter, maar het ging dan over een niet al te grote club ridder-monniken.

Dan nog naar Batalha, invulling van de gelofte voor een overwinning in een veldslag. Ook een koninklijke klooster, met prachtige onafgewerkte kapellen, gebouwd als begraafplaatsen. Hendrik de Zeevaarder ligt hier begraven.

08 Batahla is plenty definitive, Tomar, Portugal

Portugal: een weekje kustplaatsen. 1 Lissabon

Van 13-27 juni ben ik met Paule door Portugal gereisd. Het schema lag vast in het pakket fly-drive dat Kras reizen organiseerde. Het klopte precies met onze reisboeken: via Lissabon, Fatima, Porto en Braga reis je naar het noorden via de kustwegen. Daarna in een binnenlandroute naar het zuiden.

Eerst dus Lissabon. We kwamen aan op een rustige woensdag 13: staking van spoorwegen vanwege de economie, maar het land lag toch al plat vanwege een nationale feestdag, Antonius van Padua, bekend van de man in toog met het Jezuskind op zijn arm, bleek in 1195 in Lissabon geboren te zijn, van rijke ouders. Hij studeerde in Coimbra, 1220-2, sloot zich aan bij de Minderbroeders en stierf 1230 in Padua. Een leeg treinstation maar wel volle kerken. Dat treinstation was een van de (overigens weinige) gebouwen in Moorse/Islamitische stijl die we aantroffen:


File:EstacaoRossioLisboa.JPG
Pech die eerste dag: bij een stop om de blijvende signalen op het dashbord van de huurauto te controleren, werd onze rugzak van de achterbank gestolen. Geen eigen foto's dus maar ter opfrissing van ons geheugen pluk ik een en ander van internet.
Die moorse architectuur zag je overigens maar weinig  in Portugal. Er is een route van Moorse plaatsen, vooral oude vestingen, maar die staan weer vol met kerkjes en huizen van latere Portugese commandanten. Anders dan in Spanje/Andalusia, is er in Portugal weinig over van die vijf eeuwen islamitisch bestuur (720 tot 1249 toen Faro in de Algarve werd veroverd). Overigens is de Portugese natie en eenheidsstaat juist ontstaan in deze 'reconquista'. De staat is dus langzaam vanuit het noorden gegroeid.
In 1755 is het grootste deel van Lissabon verwoest door een aardbeving. Eerste minister Pombal heeft Lissabon toen in classicistische stijl herbouwd. Brede boulevard naar zee. Wij hadden een hotel vlak bij de Praca Pombal en zijn dus eerst via de Avenida de Liberdad naar zee gelopen. Dat is toch nog zo'n dikke 2 km en Pombal kan echt niet zo in zee duiken.

Het was de eerste week niet te warm, dus een prettige wandeling. Er was vanwege Lissabon Festival een grote parade geweest, de 12e en de stellages daarvoor werden weggehaald. Alles vanwege Antonius.
We passeerden een sterk gehavende Sao Dominggo-kerk, uitgebrand in 1994, waardoor al het bladgoud was verdwenen. Nu zat die gemutileerde kerk toch vol voor de Antonius-preek. En vooral als einde van een 13-daagse gebedsmarathon die op de 1e juni was begonnen.


Daarna lunch met sardientjes. Dat hoor je op Antoniusdag te eten en wel in de wijk rond de oude kathedraal. Als alle grootste kerken Sé geheten, naar Sedes Episcopi, zetel van de bisschop.  Die Sé kathedraal is met kantelen, van buiten als een vesting, van binnen toch met veel klatergoud. Daar was om 15.00 de grootste plechtige mis, waarna er een processie door de wijk ging, met veel vrouwen in bruine losse mantel: 3e orde leden van Franciscus, vaandels, politie voorop. De RK kerk heeft hier nog veel opkomst bij dit soort populaire plechtigheden. Nieuw Fatima-katholicisme zouden we later zien.

Donderdag 14 juni waren we eerst tot 11.00 bezig met de aangifte van de diefstal van de fototoestellen in het oude roze adellijke paleis, dat nu voor toeristen en toeristenpolitie is gereserveerd. De politie gaf de schuld aan de Roemenen en Bulgaren die de stad nu onveilig maken.
Daarna per tram naar voorstadje Belem voor hét embleem van het succesvolle Portugese rijk, Mosteiro dos Hieronymos. De Hieronymos (ook Jeronimos) zijn aan aftakking van de Augustijnse Orde en waren populair in 16e eeuws Portugal. Bijbelvertaler, kluizenaar in Palestina, maar ook kardinaal: zijn leven wordt vaak in kerken uitgebeeld. Bij de monding van de Taag werd 1515-1550 een gigantisch klooster gebouwd voor koning én monniken. Een model dat Philips II in het El Escorial herhaalde, maar dat we ook in Mafra, Batalha e.d. aantroffen (overigens hebben latere koningen ook wel luxere minder vrome paleizen op korte afstand gebouwd). Dat Jeronimos-klooster is in de Manuel-stijl, pompeus, extravert, maar groots.
In 1833 zijn de ordes verboden en de kloosters door de staat in bezit genomen. Eerst vervallen natuurlijk, nu zijn ze ofwel militaire kazerne dan wel museum, terwijl de kerken nog gewoon functioneren.
Lunch in een |Getty-achtig kunstcentrum, Centro Berardo, daarna nog naar het koloniale monument, de Torre de Belem, als gevangenis, bewaking van de Taag gebouwd tussen 1515-9. Ja, die Portugezen waren al op hun top ruim een eeuw voor de Nederlanders hun koloniën begonnen te stichten (en deels van die Portugezen over te nemen).
We wilden die dag ook nog naar het Gulbenkian, maar dat haalden we niet. In plaats daarvan besloten we tot een biertje en bezoek aan het gigantische Corte Inglès, een gigantische mall. Lissabon is oud, arm en vaak onderkomen, maar hier zagen we de speeltjes voor rijken en verbaasden we ons over de hoge prijzen, terwijl overigens Portugal juist goedkoop is.


Dit is nog een heel sobere stijl bij de grote kruisgang van het Jeronimos-klooster. Ik was toen zelf juist veel aan het lezen over El Greco (Vetsdijk, Het vijfde zegel) en het viel me op dat er weinig schilderijen zijn in die kloosters en kerken. Azulejos, tegelpanelen, dat wel, veel beelden zonder kleur. In de refter van Jeronimos waren er azulejos van het Jozefverhaal. Door de kleur trekken de schilderijen toch veel aandacht en hebben zij grotere expressie.